Inkomen
- loon of een uitkering;
- pensioen;
- bijverdiensten;
- vakantiegeld;
- alimentatie;
- inkomsten van kostganger en/of kamerverhuur;
- heffingskortingen;
- dividenduitkering.
Aftrekposten
Voordat de vergelijking met de normbedragen gemaakt wordt zijn er aftrekposten die van je netto-inkomsten worden afgetrokken. Het gaat hierbij om:
- netto maandhuur minus een vastgesteld bedrag (normhuur van circa € 210) en huurtoeslag;
- netto kosten voor kinderopvang;
- hypotheekrente bij een eigen woning;
- premies voor de ziektekostenverzekering minus de normpremie (alleenstaanden € 35 en echtgenoten € 75) en zorgtoeslag;
- verplichte alimentatiebetalingen;
- aflossingen op leningen gemaakt voor betalingen van belasting
Vermogen
- banksaldi;
- spaargelden en/of waardepapieren;
- aandelen.
Maar ook (kostbare) goederen zoals:
- een eigen huis;
- een auto;
- een boot;
- een caravan.
Voor de waardebepaling van een eigen woning is het uitgangspunt de WOZ- waarde van de woning. Deze waarde, verminderd met de op de woning resterende hypotheek minus het (eventueel) opgebouwde “spaarpotje”, is de zogenaamde overwaarde.