‘We zien onze deelnemers al wandelend opbloeien’

Gepubliceerd op donderdag 7 november 2024 in Nieuws.

Sinds september is er in Sneek een wandelgroep voor mensen met beginnende dementie en hun mantelzorger. Samen wandelen doet goed, zo blijkt. ‘Mensen voelen hier dat ze ertoe doen.’

‘Heerlijk, een uurtje buiten, dat doet me goed’. ‘Het was weer gezellig met z’n allen’. Tsjalling de Jong krijgt vaak dit soort reacties van deelnemers van ‘zijn’ wandelgroep. Als buurtsportcoach bij Team FRL Súdwest-Fryslân begeleidt hij sinds september samen met twee vrijwilligers van het Odensehuis in Sneek een wandelgroep voor mensen met beginnende dementie en hun mantelzorger.

De wandelgroep, die momenteel uit zes tot acht personen bestaat, is een initiatief van gemeente Súdwest-Fryslân, welzijnsorganisatie Sociaal Collectief en het Odensehuis, een inloophuis voor mensen met dementie en hun naasten. “Net als ieder ander willen personen met beginnende dementie en hun mantelzorger weleens samen iets ondernemen”, zegt Tsjalling. “Een activiteit als fietsen lukt niet altijd meer, maar wandelen kan vaak nog wel. Samen met anderen is dat nog leuker.”

Breintraining

De wandelgroep gaat twee keer per maand op pad, op maandagmorgen. Na afloop is er tijd om samen een kopje koffie te drinken en na te praten. “De wandelingen starten bij het Odensehuis, in het centrum van Sneek”, vertelt Tsjalling. “We wandelen drie kwartier tot een uur. Niet heel snel hoor, we passen ons aan de wandelaars aan. Halverwege de wandeling doen we met elkaar wat eenvoudige spierversterkende oefeningen of cognitieve spelletjes. Een oefening met een bal bijvoorbeeld, proberen we op één been te staan of doen we een spelletje waarin we namen of kleuren noemen. Bewegen in de buitenlucht is uitdagend en prikkelt het brein, en ook de oefeningen en spelletjes zijn breintraining. Daarmee kun je het proces van dementeren iets vertragen.” Wandelen in een vertrouwde omgeving maakt vaak iets los bij mensen met beginnende dementie. “Ze herkennenplekken of gebouwen vaak nog van vroeger en weten nog precies te vertellen welke bakkerij ooit in dat straatje zat. Je ziet ze dan gewoon stralen.”

Uitje

Samen met anderen wandelen doet goed, is Tsjallings ervaring. “Mensen met beginnende dementie merken dat hun wereld langzaam verandert en kleiner wordt. In de wandelgroep bloeien ze op. Ze ontmoeten er anderen, krijgen een luisterend oor en worden gehoord en gezien. Ze doen ertoe. En dat zorgt voor een beetje verlichting en een lach tussen de zorgen door, zowel voor degene met dementie als de mantelzorger.”

De mensen die meewandelen zien de wandelgroep echt als uitje, merkt Tsjalling. “Ze zijn altijd enthousiast als ik binnenkom. En ze willen het niet missen. Als het regent, vragen ze: ‘Je hebt toch wel een binnenprogramma, hè?’ Het is tijdens het wandelen nooit stil, er is oprechte interesse in elkaar en er wordt vaak gelachen. Soms komen mensen er al wandelend achter dat ze dezelfde interesses hebben of vlak bij elkaar wonen. Zo ontstaan er zelfs vriendschappen.”

Een moment vrij

Een extra voordeel van de wandelgroep is dat deze activiteit de mantelzorger ontlast. “Van mantelzorgers wordt steeds meer gevraagd”, zegt Tsjalling. “Wandelen kan de nodige ontspanning bieden. Na verloop van tijd voelt de persoon met beginnende dementie zich misschien wel vertrouwd genoeg om alleen mee te wandelen; dan heeft de mantelzorger even een moment vrij. Andersom kan ook: de mantelzorger wandelt mee, terwijl de ander een kopje koffie drinkt in het Odensehuis.”

Ben je mantelzorger van een naaste met beginnende dementie? Of lijkt het je fijn om een keer mee te wandelen? Behalve in Sneek is er ook een wandelgroep in Bolsward. “Kom lekker in beweging. Wandelen is laagdrempelig en samen wandelen is ook nog eens heel gezellig. Wil je als mantelzorger eerst een keer alleen komen kijken? Dat kan natuurlijk ook. Wees welkom!”