Het bouwhistorisch detail – het sleutelstuk
Gepubliceerd op in Cultureel Erfgoed.
In onze gemeente staat een grote diversiteit aan oude panden. Maar hoe oud zijn ze eigenlijk? In Het Detail een typisch kenmerk van een 16e en 17e eeuws plafond, het sleutelstuk.
Van veel voorname gebouwen, zoals kerken, stadhuizen of een waag, is vaak documentatie aanwezig om het bouwjaar te achterhalen. Maar voor de ‘gewone’ woon- en/of winkelpanden is dat al snel lastiger. In dat geval moet je naar andere aanwijzingen kijken die het bouwjaar of de bouwperiode verraden.
De makkelijkste aanwijzing is een jaartal op de gevel, via bijvoorbeeld een muuranker of een gevelsteen. Zie je die niet, dan moet je op andere details gaan letten. Wat voor vensters zitten erin, welk formaat en kleur hebben de stenen, wat voor pannen liggen er op het dak, hoe is de gevelopbouw, wat is de bouwstijl en ga zo maar door.
Sleutelstuk/console
Een mooi detail aan de binnenzijde van het pand dat een bouwperiode verraadt, is een zogenaamd sleutelstuk (of console) bij een balkenplafond. In de 16e eeuw had dit stuk hout onder de balk (ter plaatse van de oplegging in de muur) nog een constructieve functie, maar gaandeweg de 17e eeuw verdween dit onderdeel.
Hoofddraagconstructie
De hoofddraagconstructie in de vroegste huizen bestaan uit hout. Om de drie à vier meter stond in de zijgevel een houten staander, waarop de draagbalk kwam te liggen. Om de overspanning te verkleinen (en daarmee de draagkracht van de liggende balk te vergroten) werd een extra stuk hout onder de liggende balk geplaatst. Deze weer werd ondersteund door een schuin stuk hout, het korbeel genaamd. Het extra stuk hout onder de liggende balk wordt het sleutelstuk genoemd. Op bijgaande foto is dit goed te zien.
16e eeuw
Dit sleutelstuk heeft in de 16e eeuw nagenoeg altijd dezelfde vorm. Op het einde is een zogenaamd peerkraalmotief uit het hout gesneden (het heeft de vorm van een peer) en even verderop is een stuk ingesneden, waarin een rozet is afgebeeld. De staander en de korbeel verdwenen gaandeweg de 16e eeuw ook, waardoor er alleen nog een sleutelstuk overblijft die deels constructief, maar ook deels als sierelement dient.
17e eeuw
In de 17e eeuw zijn de sleutelstukken een stuk kleiner en praten we eigenlijk over consoles (een kleine ondersteuning). De constructieve noodzaak van de extra ondersteuning van de draagbalk wordt gaandeweg de 17e eeuw steeds minder namelijk. Er blijft nog wel een klein element over met minimale versiering, waarbij in de basis bovenin een holle ronding zit, daaronder een bolle ronding en daaronder vaak een versiering met zogenaamde muizentanden.
Tussenfase
Maar het is natuurlijk niet zo dat men in het jaar 1600 ineens van sleutelstukken naar consoles ging. Dat gaat uiteraard geleidelijk en ook daar zijn leuke voorbeelden van in onze gemeente. In afbeelding 5 zie je aan de voorkant meer een 17e eeuws uiterlijk, terwijl de onderkant nog de 16e eewse kenmerken heeft.
Gaandeweg de 17e eeuw verdwijnt de console ook als sierelement en worden de balken strakker, met als versiering een profiel aan de onderkant van de balken.
Dit artikel is onderdeel van de Nieuwsbrief Cultureel Erfgoed. Wil je op de hoogte van het laatste Cultureel Erfgoed nieuws blijven? Meld je aan voor de tweejaarlijkse Nieuwsbrief Cultureel Erfgoed via het aanmeldformulier.
Zie ook
- Voorwoord wethouder Petra van den Akker
- Agrarisch erfgoed
- Hoe de Snow Goose van het rechte pad week en daarmee Bolsward redde
- Van kerktoren naar kerktoren, op de fiets door Súdwest-Fryslân
- In de schijnwerpers: Roos Snijders
- De archiefschatten van Súdwest-Fryslân
- Welke subsidies zijn er voor monumenten?
- Doe mee aan de Open Monumentendag 2024!
- Open Monumentendag 2024