Vragen en antwoorden uitkering

Heb je vragen over jouw uitkering? Op deze pagina vind je de meest gestelde vragen en antwoorden.

Vragen en antwoorden over jouw uitkering

Is jouw aanvraag voor een uitkering goedgekeurd? Dan maken wij de uitkering aan het einde van iedere maand aan jou over. Een overzicht van de uitbetaaldata vind je hier. Houd er rekening mee dat de bank jouw uitkering mogelijk één dag later op je rekening stort.

Via het inkomstenformulier geef je iedere maand jouw inkomsten door aan ons. Doe dit voor de vastgestelde datum. Op deze manier kunnen wij jouw uitkering op tijd uitbetalen. Het inkomstenformulier zit in de informatiemap. Wanneer je een inkomstenformulier bij ons inlevert ontvang je automatisch een nieuw inkomstenformulier. Deze wordt thuisgestuurd.

Ben je jouw inkomstenformulier kwijt? Vraag dan een nieuwe aan. Dit kan je telefonisch regelen via het algemene telefoonnummer 14 0515.

Je krijgt van je werkgever 1x in de vier weken betaald. Dit zijn per kalenderjaar 13 uitbetalingen van je werkgever. Van de gemeente krijg je 12 maandbetalingen per kalenderjaar. Dit loopt niet gelijk. Om alle inkomsten juist te verrekenen leggen we uit hoe wij te werk gaan.

Stel dat je per 26 april aan het werk bent gegaan, dit is in periode 5 van de 13 perioden. Je hebt dan in april een aantal dagen gewerkt en een aantal dagen in mei.

De wet geeft aan dat we moeten korten wat er in die desbetreffende maand is verdiend. In dit geval zijn dat een aantal dagen in april en een aantal dagen in mei. Om een juist beeld te krijgen wat je per maand verdient wordt er vanuit gegaan dat er in een week 5 werkdagen zitten en in een periode van 4 weken zijn dit in totaal 20 werkdagen. Het bedrag dat je in een periode van 4 weken ontvangt wordt gedeeld door 20 werkdagen (zoveel werkdagen zitten er in een periode;  het hoeft niet zo te zijn dat je ook daadwerkelijk 5 dagen per week werkt). Als gemeente hebben wij voor deze methode gekozen, zodat de berekening voor elke klant hetzelfde is.

Als voorbeeld:  Je hebt een loonstrook gekregen van € 650 over periode 5 in 2021 (26 april 2021 tot en met 23 mei 2021) Dit zijn 5 werkdagen in april en 15 in mei.

In de maand april korten we dan: (€ 650 /20) maal 5 werkdagen = € 162,50.  In mei is dit: € 487,50  (€ 650/20) maal 15 werkdagen).

Periode 6 is van 24 mei 2021 tot en met 20 juni 2021. In deze periode zitten 6 werkdagen in mei en 14 werkdagen in juni.

Elke keer als we van jou een loonstrook krijgen gaan we de loonstrook splitsen over de maanden waarvan de werkdagen in die loonstrook zitten, zodat wij kunnen zien welk bedrag wij op je uitkering moeten korten.

Met het wijzigingsformulier geef je een wijziging van jouw persoonlijke situatie aan ons door.

Denk bijvoorbeeld aan:

  • inkomen uit een erfenis, het winnen van een loterij of giften die je hebt ontvangen.
  • vakantie. Dit betekent alle vakanties langer dan drie dagen, maar ook overnachtingen bij familie en vrienden en wijzigingen in vakantieplannen.
  • verandering van gezinssamenstelling. Bijvoorbeeld geboorte, scheiding of verhuizende gezinsleden.
  • tijdelijke verandering van gezinssituatie korter dan 3 dagen. Bijvoorbeeld een moeder die tijdelijk overnacht bij haar dochter die een baby heeft gekregen.
  • werk. Bijvoorbeeld een nieuwe baan of je bent meer/minder uren gaan werken.
  • een verhuizing, ook als je binnen de gemeente verhuist.
  • rekeningnummer. Stuur een kopie van de nieuwe bankpas mee.
  • je hebt een (andere) auto, motor, scooter of bromfiets gekocht.

Is er iets gewijzigd in je persoonlijke situatie of inkomen? Dan moet je dit tijdig aan ons doorgeven. Als je de wijziging niet op tijd aan ons doorgeeft kunnen wij helaas de uitkering niet overmaken.

Hoe geef ik wijzigingen door?

Wijzigingen geef je aan ons door via het wijzigingsformulier. Een wijziging is bijvoorbeeld:

  • een geplande vakantie die langer is dan drie dagen;
  • geboorte;
  • scheiding;
  • verhuizende gezinsleden;
  • of een wijziging van het rekeningnummer;
  • je hebt werk gevonden;
  • je bent meer of minder uren gaan werken.

In dit overzicht vind je de data voor wanneer je het wijzigingsformulier in moet leveren.

Geef de wijziging op tijd aan ons door, in ieder geval binnen 7 kalenderdagen na de wijziging.

Als je het wijzigingsformulier helemaal hebt ingevuld en alles klopt, dan krijg je jouw uitkering op de normale uitbetaaldag.

In dit overzicht vind je de data waarop wij de uitkering overmaken.

Inkomsten uit werk geef je aan ons door via het inkomstenformulier. In het overzicht op de pagina die gaat over de uitkeringen, vind je de data voor wanneer je het inkomstenformulier in moet leveren.

Heb je je loonspecificatie nog niet ontvangen? Dan kun je deze later opsturen. Je maakt dan een schatting van het aantal gewerkte uren en jouw inkomsten. Later verrekent de administratie de uitbetaalde uitkering aan de hand van de loonspecificatie.

De hoogte van je uitkering hangt af van je leeftijd en je gezinssituatie.

  • Ben je tussen de 18 en de 21 jaar? Dan is de uitkering lager dan voor iemand tussen de 21 jaar en de pensioengerechtigde leeftijd.
  • Bent je ouder dan 21 jaar en woon je met meerdere mensen op je adres, die ook ouder zijn dan 21 jaar, dan kan dit gevolgen hebben voor de hoogte van  je uitkering.

Bij hoge uitzondering kan je één keer per jaar een voorschot op het vakantiegeld krijgen. Dit voorschot vraag je digitaal aan.

Als je een uitkering ontvangt moet je ingeschreven staan bij het UWV, tenzij daar door lichamelijke omstandigheden vrijstelling is gegeven. Op het statusformulier en op de papieren bevestiging van je inschrijving staat de datum waarop  jouw inschrijving bij het UWV vervalt. Verleng je inschrijving daarom op tijd en schriftelijk bij het UWV. Je wordt voor een jaar ingeschreven en je ontvangt een Bewijs van Inschrijving (BVI) van het UWV.

Via het wijzigingsformulier kun je jouw uitkering opzeggen. Stuur bij het formulier een bewijsstuk mee. Een bewijsstuk is bijvoorbeeld een arbeidsovereenkomst of loonstrook als je gaat werken of een toekenningsbeschikking of uitkeringsspecificatie als je een andere uitkering ontvangt. Doe dit tijdig om voor een correcte afhandeling te zorgen.

Ieder jaar wijzigen de lonen. Daarom moeten wij ook jaarlijks de alimentatiebedragen voor kinderalimentatie en partneralimentatie aanpassen. Dit heet indexering van de alimentatie.

Heb je naast jouw uitkering één of meerdere inkomsten? Dan kun je een loonheffingskorting laten toepassen op het hoogste inkomen naast de uitkering. Hierdoor hoef je minder belasting te betalen over jouw inkomen.

Op de salarisspecificatie zie je aan de code of er loonheffingskorting op jouw inkomen is toegepast. De code staat vaak vermeld onder ‘hk’ of heffingskorting. Code 0 betekent dat de Belastingdienst geen loonheffingskortingen op het inkomen toepast. Code 1 betekent dat er wel loonheffingskortingen op het inkomen worden toegepast.

Dit vraag je aan bij jouw werkgever. Je moet hiervoor een loonbelastingverklaring invullen. Hierop geef je aan dat de werkgever of uitkeringsinstantie de loonheffingskorting moet toepassen.

Het kan voorkomen dat werkgever of uitkeringsinstantie niet de volledige algemene heffingskorting kan verrekenen. Dat is geen probleem, want de gemeente vult jouw inkomsten aan met de PW-uitkering tot het netto inkomen op PW-niveau.

Vragen over de loonheffingskorting? Neem dan contact op met je werkgever of de Belastingdienst.

Wanneer wij jouw aanvraag hebben goedgekeurd dan ontvang je daarvan een brief. Wij maken jouw uitkering uiterlijk binnen twee weken na de datum van deze brief aan je over.

Binnen 2 weken nadat je uitkering is gestopt ontvang je van ons het vakantiegeld dat je nog tegoed hebt.

Moet je ons nog geld terugbetalen? Dan verrekenen wij jouw vakantiegeld met het bedrag wat nog openstaat. Het resterende deel maken wij aan jou over.

Als je dit jaar de pensioengerechtigde leeftijd bereikt, dan stopt jouw bijstandsuitkering 2 maanden na jouw verjaardag. Vanaf die datum krijg je automatisch een AOW-uitkering van de Sociale Verzekeringsbank (SVB).  Hiervoor hoef je zelf niets te doen.

AOW-toeslag

Is jouw partner nog niet pensioengerechtigd? Dan stopt de bijstandsuitkering ook voor jouw partner. Je kunt een AOW-toeslag voor je partner aanvragen bij de Sociale Verzekeringsbank.

AIO

Heb je tussen jouw 15de levensjaar en de pensioengerechtigde leeftijd in het buitenland gewoond? Dan heb je geen recht op een volledige AOW-uitkering. In dit geval kun je een Aanvullende Inkomensvoorziening Ouderen (AIO) krijgen van de Sociale Verzekeringsbank.

Indien je wel aan het werk kan of wil maar je kunt door een arbeidsbeperking niet het minimumloon verdienen, dan kun je in aanmerking komen voor de regeling beschut werk.

Je komt in aanmerking voor deze regeling als niet van jouw werkgever mag worden verwacht dat de begeleiding of aanpassing om aan het werk te gaan en te blijven door de werkgever betaald worden. De gemeente en het UWV bepalen of je tot de doelgroep “beschut werk” behoort. Voor verdere vragen over deze regeling kun jij of jouw werkgever contact opnemen met het Gebiedsteam.

Je ontvangt standaard twee keer per jaar een uitkeringsspecificatie van jouw uitkering, in januari en in juli.

Je kunt op verzoek een extra uitkeringsspecificatie van jouw uitkering bij ons opvragen. Neem hiervoor contact met ons op via het algemene telefoonnummer 14 0515 of via het contactformulier.

Verandert de hoogte van de uitkering?
Je krijgt die maand een extra specificatie.

Heb je werk en een aanvullende bijstandsuitkering?
De hoogte van de uitkering verschilt dan per maand, dus je ontvang elke maand een uitkeringsspecificatie.

Heb je werk, een aanvullende bijstandsuitkering en sta je onder bewind?
De bewindvoerder krijgt twee keer paar een specificatie en kan op verzoek een extra uitkeringsspecificatie bij ons opvragen.

Je ontvangt een keer per jaar de jaaropgave.

Ontvang je een geldlening voor de kosten van levensonderhoud?
Je krijg dan geen jaaropgave.

Je kunt op verzoek een jaaropgave van jouw uitkering bij ons opvragen. Neem hiervoor contact met ons op via het algemene telefoonnummer 14 0515 of via het contactformulier.

Indien je wel aan het werk kan of wil maar je kunt door een arbeidsbeperking niet het minimumloon verdienen, dan kan jouw werkgever onder bepaalde voorwaarden een subsidie krijgen, een zogenaamde loonkostensubsidie. Bij de aanvraag beoordelen wij of je tot deze doelgroep behoort en in aanmerking komt voor de subsidie.

Kom je van het praktijkonderwijs of van het speciaal voortgezet onderwijs en je kunt aan het werk, dan kan jouw werkgever een subsidie aanvragen. Wij hoeven dan niet meer vast te stellen of je tot de doelgroep behoort. Voor verdere vragen over deze subsidie kun jij of jouw werkgever contact opnemen met het Gebiedsteam.

Je mag 1 of meer giften per jaar ontvangen. Maar er zijn wel regels waar je rekening mee moet houden.

Giften van instellingen (voedselbank of andere hulporganisaties)

Deze giften hoe je niet aan ons door te geven.

Giften met een totaalbedrag lager dan € 2.196

Deze giften hoef je niet aan ons door te geven.

Giften met een totaalbedrag hoger dan € 2.196

Deze giften moet je wel aan ons melden. Je geeft ze, binnen 7 kalenderdagen na ontvangst, aan ons door via het wijzigingsformulier. Het bewijsstuk van de gift of giften voeg je toe.

Wij bekijken of de gift gevolgen heeft voor je uitkering of dat we er niets mee doen. Je ontvangt daarover dan een besluit. We kijken naar:

  • de hoogte van de gift of vergoeding;
  • waarom jij de gift krijgt, wij noemen dit ook wel het doel.

Deze regeling geldt in ieder geval tot en met 31 december 2023. De regering is namelijk bezig met het wijzigen van de wet over giften. De aanpassing van de wet gaat waarschijnlijk op 1 januari 2024 in. Uiteraard informeren we jou via onze website.

Hoeveel vergoeding mag ik ontvangen voor vrijwilligerswerk?

Soms krijg je een vergoeding voor het vrijwilligerswerk dat je doet. Deze kan bestaan uit een vergoeding voor het werk dat je gedaan hebt en/of een reis- en onkostenvergoeding. We noemen dit ook wel de vrijwilligersvergoeding.

Jouw totale vergoeding (inclusief reis- en onkosten), mag niet hoger zijn dan:

  • € 5 per uur als je ouder bent dan 21 jaar.
  • € 2,75 per uur als je 21 jaar of jonger bent.
  • Per maand mag het bedrag niet hoger zijn dan € 210.
  • Per jaar mag het totale bedrag niet hoger zijn dan € 2.100.

Een te hoge vergoeding kan dus gevolgen hebben voor jouw uitkering.

Te hoge vergoeding en de gevolgen voor de uitkering

Als jouw vergoeding boven de maximale bedragen uitkomt, zijn er 3 situaties mogelijk:

1. Je krijgt alleen een vrijwilligersvergoeding
Wij gaan er dan van uit dat je betaald werk doet en geen vrijwilligerswerk. De hele vergoeding wordt verrekend met jouw uitkering.

Voorbeeld:
Je ontvangt voor het werk dat je doet € 250 per maand vrijwilligersvergoeding. Dit is meer dan je maximaal per maand mag krijgen (€ 210). Wij verrekenen dan de hele vergoeding van € 250 met jouw uitkering. Dus niet alleen het bedrag boven de maximale vergoeding (in dit voorbeeld € 40).

2. Je krijgt alleen reis- en onkosten
Dit verrekenen wij niet met jouw uitkering. Het moet wel gaan om daadwerkelijk gemaakte kosten. Je moet deze kosten aantonen. Bijvoorbeeld:

  • Openbaar vervoer - OV-chip overzicht
  • Bij benzinekosten - overzicht van de dagen waarop je vrijwilligerswerk hebt gedaan en het adres waar je naar toe reist.

Voorbeeld:
Je hebt € 200 betaald aan benzine voor de kilometers die je hebt gemaakt. Dit bedrag krijg je aan het einde van de maand terug van jouw vrijwilligerswerk. Wij zien dit niet als inkomen. Wij verrekenen € 0 met de uitkering.

3. Je krijgt een vrijwilligersvergoeding én reis- en onkostenvergoeding
Wij verrekenen alleen het bedrag dat je aan vrijwilligersvergoeding krijgt met jouw uitkering.

Voorbeeld:
Je ontvangt voor het werk dat je doet € 170 per maand. Daarnaast krijg je een reiskostenvergoeding van € 50 per maand. De totale vergoeding die je krijgt is € 220 per maand. Dit is meer dan je maximaal per maand mag krijgen (€ 210). Jouw vrijwilligersvergoeding wordt gezien als inkomen. De reisvergoeding die je ontvangt zien wij niet als inkomen. Wij verrekenen daarom alleen de vrijwilligersvergoeding van € 170 met jouw uitkering.

Zie ook